
Daar gaan we…
Verhuizen (weer)
Het is zover. Een nieuw hoofdstuk. Maar voor we de bladzijde omslaan, bladeren we eerst even terug. Terug naar 2,5 jaar geleden. Een donker moment in mijn leven. Vol tranen, vol vragen. Vol ‘wat-als’-scenario’s, die mijn hoofd veranderden in een soort ballenbak van stuiterende vraagtekens. Groot, rood, fel. Emotionele, rationele, sceptische. En daartussenin mijn innerlijke criticus die vrolijk meekeek met een vergrootglas.
Wat was er aan de hand, hoor ik je denken?
De Grote Vraag. De Beslissing.
Gaan we scheiden?
Is er geen andere weg meer?
Durf ik dit?
Kan ik op eigen benen staan?
Wíl ik op eigen benen staan?
En misschien nog wel de heftigste:
Wat geef ik allemaal op?
Praktisch en financieel, maar niet op zijn minst de emotionele veiligheid, warmte en vertrouwdheid van mijn gezin. Of... wacht eens even. Voelt het eigenlijk nog wel echt zo vertrouwd en warm? Is wat ik nu voel, waar ik middenin zit, wellicht mijn nieuwe 'normaal' geworden en is dat niet normaal?
En toen kwam daar, héél voorzichtig, een gedachte.
Eentje die ik nauwelijks durfde aan te kijken:
Wat als er méér is?
Meer zachtheid, meer verbinding, meer liefde. In mij. Om mij heen.
Het liet me niet meer los
Noem het mijn intuïtie, mijn hart, de stem van mijn diepste weten – maar het liet me niet meer los. Is het mogelijk om meer warmte, zachtheid en wellicht meer liefde in mijn leven te ervaren? Die gedachte toelaten, die mogelijkheid een plek geven, al was het maar een hele kleine, wakkerde een vuurtje aan. Het gevoel liet zich niet meer weg duwen. Ik 'wist' dat het mogelijk was. Ik voelde het.
Ik wist dat deze beslissing me weer terug in contact zou kunnen brengen met mijn gevoel, met mijn intuïtie, met mezelf. Met mijn eigen zachtheid.
En eerlijk is eerlijk: in die relatie was ik niet mijn zachtste zelf. Steeds minder zelfs. Ik had mijn zachtheid ergens onderweg afgesloten. Wat overbleef was mopperen, irritatie. En het goede in de ander (bijna) niet meer kunnen zien. Niet omdat hij geen goed meer had, maar omdat ik het niet meer kon waarnemen.
En dat... dát wilde ik niet.
Niet voor hem.
Niet voor mij.
Ik wilde blijven kijken met respect. Hem blijven zien in zijn volle waarde. Niet als aangepaste versie van zichzelf om mij beter te passen. Want daar gaat het mis. Je partner willen vormen naar wat jij zoekt, dat kan niet de bedoeling zijn. Dan heb ik het niet over compromissen zoeken en in gesprek zijn met elkaar over verschil in zienswijze, maar dan heb ik het over persoonlijkheid. Dat wat JOU, JOU maakt, moet bij jou een plek behouden. In je leven, in je doen en laten. In je relatie. In alles. Als dat binnen je relatie niet meer kan, raak je een stukje van jezelf kwijt. Dat wilde ik niet voor mijn partner. Maar tegelijk was die gedachte confronterender dan ooit...want was ik niet gaandeweg ook een stukje van mezelf kwijt geraakt? Of beter gezegd, het contact met een stukje van mezelf?
Na het nemen van die beslissing — hoe heftig ook — herstelde het contact met mijn gevoelige, zachte kant. Mijn intuïtie werd al snel sterker dan ooit en heeft me enorm geholpen in mijn keuzes. Gelukkig, want…
chaos
De tijd daarna was chaos.
Niet weten waar ik over een maand met mijn kinderen zou slapen.
Of ik een huis zou vinden. Of ik het zou kúnnen betalen.
Zoveel onzekerheid, zoveel verantwoordelijkheden.
En dan toch de scheiding doorzetten... Poeh, dat was een pittige tijd.
Toch maar blijven?
Het was zo eenvoudig geweest om te blijven hangen in het comfortabele, maar misleidende gevoel van veiligheid – de schijnzekerheid, de vertrouwdheid, het gemak. Maar ik koos anders.

Want teruggaan, dat kon niet meer. Niet zonder mezelf compleet te ontkennen. Als ik nu niet zou doorzetten, zou ik mezelf niet serieus nemen.
En daarmee mijn eigen geluk én dat van mijn kinderen niet voldoende op waarde schatten. Mooi gezegd hoor ik je denken, maar…
Godverdomme, als je midden in die situatie zit, is het echt fucking heftig!!
Dat voel ik, nu ik dit schrijf, nog vanuit mijn tenen.
En dan… dat moment. Dat je de kinderen samen vertelt dat je gaat scheiden.
Pfff.
Geen woorden.
Maar ook dat moment kwam, ging en we stonden op. Door naar het tuinhuis — een luxere variant, dat wel — met matrassen op de grond. Kamperen, maar dan in de tuin van m’n ex. Dichtbij en tegelijk ver genoeg om te wennen aan het alleen zijn. En aan het feit dat de kinderen niet altijd bij mij waren.
Een eigen plek
Twee maanden later… een wonder.
Een huis. In ons eigen dorp.
Rete-duur, maar van ónschatbare waarde.
Een plek. Mijn plek. Voor mij en de meiden.
En dat huis? Dat was niet zomaar een huis.
Het was een symbool.
Van kiezen voor mezelf.
Van afscheid nemen.
Van toekomst.
Van zachtroze muren, gouden accenten, fluffy dekentjes en dat eerste gevoel van: mezelf centraal stellen.
Zacht - Sprankelend. - Goud.
Ik koos mezelf.
En dat is misschien wel het grootste cadeau dat ik mijn kinderen kon geven.
En dan nu: fast forward naar het heden.
23 mei 2025.
We gaan opnieuw verhuizen. Niet zomaar. We stappen in een nieuw hoofdstuk met z’n negenen:
Mijn dochters, zijn vier kinderen, wij twee en Ice — onze Griekse schat van een hond.
En ja, daar is ze weer hoor, de twijfel. Geheel op z’n Claudia’s:
"Heb ik straks nog wel een plekje voor mezelf?"
"Kan ik m’n grenzen blijven voelen en bewaken?"
"Waar vind ik de stilte als iedereen wat roept (en eet, en knoeit, en muziek draait)?"
Want laat ik eerlijk zijn: sinds ik weer volledig in contact ben met m’n intuïtie en gevoel, heb ik stilte nodig. Tijd alleen. Niet omdat ik mensen niet fijn vind, maar omdat ik mezelf anders kwijt raak in het voelen van alles en iedereen.
Ik voel zoveel, dat ik dan niet meer voel wat van mij is.
Herken je dat?
En dus probeer ik dat te bewaken. Dat stukje alleen-zijn. Zodat ik leuk blijf voor mijn dochters. Lief blijf voor mijn partner.
En mezelf trouw blijf, om te kunnen blijven doen wat ik het allerliefste doe:
Raken.
In contact brengen.
Met emoties.
Met zachtheid.
Met jezelf.
En ondertussen... verhuisdozen. Heel veel verhuisdozen.
Weer.
Poetsen, sorteren, witten, laminaat leggen, kinderkamers inrichten, stof happen. De gordijnen hangen nog niet, dus de buren zien (te) veel.
Mijn hoofd én lijf maken overuren. En mijn partner? Die komt over 1,5 maand pas definitief over.
Dus het pendelen is ook nog volop aan de gang.
Verhuizen?
Leuk joh. 😉
Maar ik weet — diep vanbinnen — ook dit is het waard.
Zodra de kamers klaar zijn.
De lamp boven de eettafel weer hangt.
De meiden hun eigen plekje hebben.
Dán... komt er misschien iets van rust.
Of... is dat een illusie?
Want dan begint het volgende avontuur:
Het leven als samengesteld gezin.
Ik hou jullie op de hoogte.
Claudia, gescheiden moeder